Het veld

Het boek is meesterlijk opgesteld. De structuur is bedacht op effect. De blend tussen verhaal en rapportering heeft zijn doeltreffendheid voor mij al bewezen in e=mc2 van Bodanis. De vraag is natuurlijk of ondanks alle sfeer die wordt geschapen – reputatie van de onderzoeksinstellingen, minutieuse beschrijving van de experimenten, het meeslepend enthousiasme – het wetenschappelijk karakter onbetwistbaar blijft. Eigenlijk zouden mensen die op het terrein van elk van de onderzoekers die ze ten tonele voert, thuis zijn, zich moeten uitspreken of wat McTaggart rapporteert werkelijk zo is en niet teveel geïnterpreteerd werd naar haar stelling toe. De hoofdstukken zijn ook crescendo geschikt. De eerste zijn verteerbaar voor sceptici, de laatste enkel voor ervaren new agers. Al haak je af tijdens het verhaal van MacTaggart, door de speculatieve parapsychologische uitlopers, toch zitten er in het basismateriaal zeer boeiende gedachtespinsels.

 

Het brede kader is de worsteling twee – zo wordt aangenomen – tegenstrijdige werelden met elkaar te verzoenen: religie en wetenschap. Dé truuk, het koppelteken, ligt blijkbaar in de kwantumfysica. We vinden dit algemeen kader niet alleen terug in één van de bestsellers van Dan Brown “Het Bernini mysterie” ( “'De eeuwenoude oorlog tusen wetenschap en religie is voorbij', zei de camerlengo.” ), maar ook in “Het visionaire Venster” van Amit Goswami (die men ook laat opdraven in de film “What the bleep do we know”) waarin op de eerste bladzijde reeds staat: “de kwantumfysica...heeft een visionair venster geopend in de scheidingsmuur tussen wetenschap en spiritualiteit” . Het ‘Mind and Life Institute' is volop bezig het gat in de scheidingsmuur te vergroten want zoals Arthur Zajonc in zijn The new Physics and Cosmology' schrijft “Many scientists had a religious life, but it was disconnected from their scientific and rational life. ” Door exacte wetenschappers met boeddhistische monniken – waaronder de Dalai Lama – samen te brengen, exploreren ze elkaars wereldbeeld. De scheidingslijnen vervagen als alle deelnemers proberen zo gedetailleerd en begrijpelijk mogelijk uit te leggen waar ze voor staan. Het boek van Zajonc is daar een mooi voorbeeld van. Piet Hut (prof. astrophysics Princeton ) vertelt daarin “I think the real meeting point happens when we go down into the canyon, to the roots where the knowledge of science and of Buddhism comes from, to this lesser known area. ” Of zoals Tu Weiming (director of Harvard-Yenching Institute) het zegt: “ That interplay is linked to a notion of deepening subjectivity: the ability to understand the local in such a way that it has become almost like a well, to use a Sufi image. If you dig a well deep enough you don't bury yourself in the hole. You reach the common spring of communication. You do not begin the communication simply by lifting yourself up from the local position because you cannot do that. It's an abstraction. You very carefully give a thick description of the local knowledge that you have, all the positive and negative areas. But if you dig deep enough, into deepening subjectivity, you will reach a common spring.” Het is opvallend dat vooral de exacte wetenschappers meestappen in deze integrerende beweging. Al laat McTaggart uiteenlopende disciplines de revue passeren, toch is haar vertrekpunt ook de conceptuele kwantumwereld van Heisenberg.

 

Welk element uit de kwantumfysica wordt het meest gerecupereerd? “Subatomaire deeltjes bestonden in alle mogelijke toestanden – totdat ze door ons werden verstoord doordat wij ze gingen waarnemen of meten: op dat moment veranderen ze eindelijk in iets concreets.” of nog “De waarneming of meting dwingt de ‘golf' om tot een vaste staat (deeltje) te vervallen.” Dit “exact wetenschappelijk principe” wordt dan opgeblazen tot “..de wereld was een toestand van zuivere, oneindige mogelijkheden.” Het universum wordt multiversa. “Our individuele experiences are so different from one another that the world consists of a couple of billion people and a couple of billion worlds.” (Zajonc). Hier duiken de Ouroboros van de alchemisten en de monaden van Leibnitz terug op. Het interessante nu is dat McTaggart ons wijst op de mogelijkheid dat de informatie niet in de figuur zit, maar evengoed in de achtergrond kan gelegen zijn. “Al de energie bevindt zich onopvallend in de achtergrond van de lege ruimte om ons heen, als een allesdoordringende, supergeladen achtergrond.” “Het nulpuntenergieveld is, als boodschapper en ‘imprinter' van alle golflengten en frequenties, een soort schaduwuniversum voor alle tijden – een soort spiegelbeeld en kroniek van alles wat ooit heeft bestaan.”

 

Deze omkering is grandioos. Het is een Gestalt-oefening. Dat alles met alles samenhangt lijkt meer en meer een evidentie. “Mensen zijn, net als alle andere levende wezens, een samenballing van energie, in een energieveld dat met alle andere dingen in de wereld verbonden is.” Ik vond daar niet alleen ontzettend veel verwijzingen naar in mystieke teksten, maar ook het e=mc2 is voor mij de moderne bevestiging van dit denkbeeld. Het heelal is een trilling in al zijn verschijningsvormen. Muziek op het kleinste niveau: “Iedere molecule van ons lichaam speelt een bepaalde noot die overal ter wereld wordt gehoord.” (McTaggart). Muziek op het grootste niveau: “To summarize, one of Einstein's various possible models of the universe is infinitely oscillating – a big bang, expansion, a big crunch, expansion repeating endlessly.” (Zajonc). Materie is energie en omgekeerd. Dat alles en niets conceptueel samenvallen had ik ook al veroverd. Ik had echter tot nog toe de samenhang steeds gezien via de gemeenschappelijke basis van het alles. McTaggart lijkt het om te draaien. Het is via het niets dat we allemaal met elkaar verbonden zijn. “...een oceaan van microscopische trillingen in de ruimte tussen de dingen.” Voorwaar een boeiende gedachtegang. De band tussen het veelsoortige alles zien is immers moeilijker dan tussen het op eerst zicht gelijksoortige niets dat als bad, tussenruimte voor al het andere fungeert. Doorgedacht komt het op hetzelfde neer. De vraag is dan ook of de verklaringskracht daardoor groter wordt.

 

Je voelt ergens dat het omkeren creatief en interessant is, maar de consequenties zijn mij nog steeds niet duidelijk. Hoe helpt het ons bijvoorbeeld verder in onze zoektocht naar het ‘zelf' of in de verklaring van ‘bewustzijn'? Al meer dan tien jaar is onze kennis over de werking van onze hersenen exponentieel aan het toenemen, mede dankzij nieuwe meettechnieken. Hoe onze hersenen functioneren wordt duidelijker en duidelijker. Waar ons gevoel van eenheid, ons geheugen, ons bewustzijn zit dat weten we echter nog helemaal niet. “Bewustzijn is een globaal verschijnsel dat zich overal in het lichaam voordoet, en beslist niet beperkt is tot de hersenen.” McTaggert gaat nog een stap verder en doorbreekt niet alleen de scheiding van hoofd en lichaam, maar stelt de notie van individu – het ondeelbare in de zin van afzonderlijkheid – in vraag: “Als een levend organisme in principe een geheel van geladen deeltjes is dat met een verborgen en alomtegenwoordig Veld communiceert (...) kunnen we ons afvragen waar wij eindigen en de rest van de wereld begint.” Ze concludeert dan ook met gemak dat we het bewustzijn of het geheugen niet moeten zoeken in het subject – de figuur – maar in het Veld, de mal – de achtergrond. We moeten de sleutel niet zoeken onder de lantaarnpaal omdat daar licht is maar daar waar we hem dachten op de grond te horen vallen. “Is het mogelijk dat het denken ‘ergens buiten onszelf' moet worden gezocht?” We functioneren maar we zijn niet - in de zin dat een radio de muziek wel laat horen, maar de muziek niet is. Het is een toestel dat uit alle mogelijke – onzichtbare golven – er een bepaalde frequentie uitpikt en realiseert door ze ons te laten horen. “Als ze gelijk hebben, is ons brein geen opslagmedium, maar in alle opzichten een ontvangstmechanisme, waarbij herinneringen eenvoudigweg een verre verwant zijn van normale waarneming.” Dit kan een omslagpunt zijn. De vraag is alleen – nu we de hersenwerking zichtbaar kunnen maken – hoe maken we de werking van het veld zichtbaar?

 

McTaggart doet daar zelf wel een paar suggesties voor. We kunnen ons niet alleen gevoelig opstellen voor wat er in het Veld leeft, ze gaat zelfs zo ver dat we via het Veld elkaar en de rest van de realiteit kunnen beïnvloeden. In navolging van Kristus wijst ze op de gevoeligheid van kinderen (om het Rijk Gods te zien): “ Onderzoek van de hersengolfpatronen van kinderen beneden de vijf jaar toont aan dat hun hersenen permanent functioneren in de alfamodus. ”. In navolging van sommige indianenstammen stelt ze: “ Alleen de droom is werkelijkheid; het is het leven van alledag dat een illusie is. ”. In navolging van de psychoanalysen schrijft ze: “ Het onbewuste is dus een preconceptueel substraat dat concepten baart; het nulpuntenenergieveld is een waarschijnlijkheidsubstraat voor de stoffelijke wereld. ”. Hiermee waagt ze zich middenin de orde-chaos spanning. Als het Veld de optelsom is van alle mogelijke werkelijkheden, dan is het ons bewustzijn die uit al die mogelijkheden er één laat vervallen tot de ons verschijnende realiteit. “ ...dat de werkelijkheid door ieder van ons wordt gecreëerd door onze aandacht. ” Zoals Zajonc het ook uit de kwantumconcepten afleidt: “ The observer and the world out there enter into a joint venture and together generate a kind of information. ”. We scheppen orde in de chaos door waar te nemen, ons bewust te zijn, na te denken. “ Dit huwelijk tussen het ongevormde bewustzijn en ongevormde materie zou dan leiden tot iets tastbaars in de manifeste wereld. ”. De fenomenologie door de fysica geschraagd. McTaggart blijft steeds verder veronderstellen: “ Door eenvoudig iets te wensen, zouden we orde kunnen scheppen. ”. Ik weet niet of bergen verzetten zo ordelijk is, maar de essentie legt ze natuurlijk in de samenhang van alles: “ Als je diep genoeg doordringt in de kwantumwereld, zal er misschien geen onderscheid meer zijn tussen het mentale en het materiële. Er is dan misschien maar één enkel concept. Misschien is het eenvoudigweg bewustzijn dat orde probeert te scheppen in een sneeuwstorm van informatie. ”. We scheppen onze wereld door er ons bewust van te zijn. Ze beschrijft om dit aan te tonen een aantal perceptiemechanismes die De Bono ons ook heeft leren onderkennen. Door de lijn zeer ver door te trekken, worden we geconfronteerd met het concept van multiversa: het post-moderne idee van ieder zijn waarheid (of ieder zijn realiteit). De scepticus stelt zich dan natuurlijk de vraag dat ondanks alle fenomenologische subjectiviteit we toch wel nog steeds een vrij groot percentage van de werkelijkheid ‘toevallig' allemaal (met a few billions samen) als hetzelfde ervaren. De enige redenering die deze vraag omzeilt, is stellen dat we niet allemaal afzonderlijke observatoren zijn die elk hun realiteit vorm geven, maar allemaal behoren tot dat ene bewustzijn die dan ook maar één – onze – wereld schept. Alan Watts zou opgetogen zijn. In zijn optiek – vertalend wat de Indische Veda's ons proberen te vertellen – zijn we allemaal een stukje God die met zichzelf verstoppertje speelt. We zijn dus God en niet alleen in het diepst van onze gedachten zoals Kloos schreef maar echt een stukje van de gebroken spiegel waarin het Alles zichzelf reflecteert. “ Het universum van schijnbaar afzonderlijke dingen is daarom alleen voor een poos echt, niet eeuwig, want het komt en gaat met het afwisselend zoeken door het Zelf naar zichzelf en het verstoppen van het Zelf. ” (uit ‘Het Boek' van Alan Watts).

 

Einstein heeft het verstopt verband tussen massa en energie gevonden. Momenteel zijn heel wat mensen op zoek het bewustzijn een plek te geven tegenover die twee uitwisselbare fysische grootheden. McTaggart poneert het nulpuntenenergieveld als gemeenschappelijke basis tussen energie, massa en bewustzijn. Ze doet dit op een toegankelijke, maar soms dweperige wijze. Shiuji Inomata doet dit in een tekst voor On Kawara op een ontoegankelijke schijnbaar exacte wijze. “ There must exist a conversion formula similar to that famous Einsteinian equation, E=Mc2. Wich is to say, just as matter can be converted into energy, and vice versa, as the equation E=Mc2 indicates, consciousness can be converted, into matter or energy, or vice versa, following a certain equation. ” Na paginas gereken stelt hij E= (c2/c1/2)Q en G=G1/2M. Of dit steekhoudt, kan ik ook weer alleen verifiëren door te rade te gaan bij een fysicus. Wordt vervolgt.

 

28-Jan.-05